Liite:Verbitaivutus/hollanti/sluiten

Wikisanakirjasta
Nominaalimuodot
infinitiivi sluiten
partisiipin preesens sluitend
partisiipin perfekti gesloten
apuverbi hebben
Persoonamuodot
indikatiivi
preesens imperfekti perfekti pluskvamperfekti
pers. yks. mon. pers. yks. mon. pers. yks. mon. pers. yks. mon.
1. sluit sluiten 1. sloot sloten 1. heb gesloten hebben gesloten 1. had gesloten hadden gesloten
2. sluit sluiten 2. sloot sloten 2. hebt gesloten hebben gesloten 2. had gesloten hadden gesloten
3. sluit sluiten 3. sloot sloten 3. heeft gesloten hebben gesloten 3. had gesloten hadden gesloten
konjunktiivi
preesens imperfekti perfekti pluskvamperfekti
pers. yks. mon. pers. yks. mon. pers. yks. mon. pers. yks. mon.
1. sluite sluiten 1. slote sloten 1. hebbe gesloten hebben gesloten 1. hadde gesloten hadden gesloten
2. sluite sluiten 2. slote sloten 2. hebbe gesloten hebben gesloten 2. hadde gesloten hadden gesloten
3. sluite sluiten 3. slote sloten 3. hebbe gesloten hebben gesloten 3. hadde gesloten hadden gesloten
imperatiivi
pers. yks. mon.
2. sluit sluit